zondag 18 februari 2007

Sneeuw

's Avonds begon het te sneeuwen en de volgende ochtend sneeuwde het nog, zoveel sneeuw had ik nog nooit gezien, ik kon helaas nog geen goeie foto's maken door de dwarrelende sneeuwvlokken. De buren riepen me al vrolijk toe of ik hun sneeuwschep wilde lenen. En toen begon het graven. Aan de grote sneeuwschep bleef de sneeuw plakken, het was zwaarder de sneeuw er vanaf te schudden dan nieuwe op te pakken. Ik groef verder met mijn eigen kleine handschep. Nadeel van een groot erf: ik moet wel 30 meter paden graven om bij de weg te komen, terwijl de buren alleen hun trapje hoeven te poetsen. Ik moet ook nog een pad graven naar de houtkelder, want ik was niet zo slim geweest om voor de sneeuwval veel hout in huis te halen. Maar ik vond het prachtig allemaal. Maar met muts, sjaal en handschoenen krijg je het al gauw veel te warm, en een borrel erbij geeft nog meer gloed. Ik kon het pad wel 3x op nieuw uitgraven, het bleef maar doorsneeuwen. De volgende dag was de lucht blauw en scheen de zon, prachtig. Nogmaals het pad uitgraven en koffie drinken in de zon (zonnebril op). Ik zat de hele dag zonder stroom, geen ramp, want ik kan hout stoken, er is hout genoeg. De geiser geeft warm douchewater, op gas kan ik koken en de kaarsen geven licht. Ik heb eten genoeg in voorraad, maar de dorpswinkel beleeft gouden tijden en is in deze tijden goud waard. Het was wel noodweer, maar het was ook prachtig. De sneeuw bleef ruim een week liggen. Ik kon met mijn vierwielaangedreven Suzuki Jimny prima rijden op de gladde wegen, en daardoor ook van het landschap genieten. De gevaren kwamen pas bij de dooi, toen dikke stukken ijs van de daken af kwamen glijden. In Autun durfde niemand op de stoep te lopen. En terecht, want af en toe klonk er een oorverdovend geraas en kletterde het ijs op de stoep alsof het glas was. Nadat ik mijn zoon Timon in Montbard van het station gehaald had, zagen we onderweg hoe de bomen door het gewicht van sneeuw en ijs als luciferhoutjes omgeknakt waren. De Nederlanders die hier na de sneeuwperiode terugkwamen konden wel huilen om de schade aan hun fruitbomen en andere mooie bomen en struiken.